Toen werd het groen, richting Fès

Het werd onderweg steeds groener in het landschap. We lieten de besneeuwde bergtoppen al snel achter ons en de bermen begonnen allerlei kleuren te krijgen en al vlot kwamen er meer bomen. De hoogvlakte waarover we reden deed zelfs een beetje aan Oostenrijkse bergweiden denken maar toch met een Marokkans tintje. Op de hoogvlakte grazen veel schaapskuddes en er stonden zomerverblijven voor de schapen met daarnaast zeer eenvoudige onderkomens voor de herderfamilies, sommige van steen maar ook van berberttenten, plasticzeilen en golfplaten. In de afdaling kwamen we in een werkelijk bos terecht en al na een paar bochten zagen we een groep apen die zich niets van onze aanwezigheid aantrokken. Erg mooi om deze dieren zo in het wild te zien. Een Marokkaanse toerist had een zak pelpinda's meegenomen. Toen de apen dat doorhadden werd de man bestormd en verdween de zak hoog in de bomen. 
We kwamen nu in een totaal ander Marokko, de dorpen bestonden uit echte huizen met dakpannen en alles zag er veel beter onderhouden uit. In de stad Ifrane die hier als kuuroord bekend staat zag het er gewoon Europees uit. Hier hebben we op één van de vele terrassen heerlijk geluncht.
Nu zitten we aan de rand van Fès in een keurig modern hotel en kunnen we lekker afkoelen in het zwembad. Het land eromheen ziet eruit als Toscane, niet verkeerd dus.
In Fès werden we heel vervelend vervolgd door een opdringerige motorrijder die graag onze gids wilde zijn, het koste moeite om er vanaf te komen maar vlak bij het hotel gaf hij gelukkig op. Op aanraden van andere reizigers hebben we via het hotel voor morgen een gids geregeld waarmee we de stad gaan bezoeken. Deze houdt ander opdringerige types op een afstand, zo houden ze elkaar aan het werk!  Om 10 uur moeten we hem oppikken bij MacDonalds en voor €25 gaat hij de hele dag met ons mee en kom je ook makkelijker binnen bij allerlei ambachtslieden. Bekend staan hier de leerlooiers, tapijtmakers, potenbakkers, schoenmakers en houtbewerkers. We zijn benieuwd.